De theedoek… Tja, ik drink nooit thee!
15 maart 2024
De dame bij de BP vroeg aan mij bij het afrekenen of ik zegels spaarde voor handdoeken. Daar overviel ze me mee. Dat deed me aan de Shell in de jaren ’70 denken. Wie spaart er nog voor handdoeken? Die koop je toch gewoon? Dus zei ik nee. Tegelijkertijd, daar kan ik niks aan doen, schoot het weer door mijn hoofd dat je met een handdoek ook gerust je voeten kunt afdrogen. Of andere lichaamsdelen. Automatisch dacht ik weer aan de theedoek. Waarom heet dat ding een theedoek… Op internet staan verschillende mogelijke verklaringen, maar geen eentje voelt voor mij bevredigend.
Kijk, soms zijn dingen duidelijk. Een halsdoek is voor om je hals. Een hoofddoek voor om je hoofd. Een vaatdoek is al lastiger. Ik ken niemand die er de vaat mee doet. Ze maken er wel het aanrecht mee schoon, nou, schoon. Soms heb je geen aanduiding nodig om te weten om wat voor doek het gaat. Als het doek valt, weet je dat er naar een toneelgordijn wordt verwezen. Het doek van een schilder is ook duidelijk. Vroeger, en heel soms nu nog wel, droegen mannen een lefdoekje in de borstzak van hun colbert. Ik weet niet waar dat lef vandaan kwam.
Maar als we weten dat een halsdoek om je hals en een hoofddoek om je hoofd gaat, stel ik vast dat deze column nu lang genoeg is om de zakdoek alleen maar te noemen. U heeft het hele weekend om daar eens over te denken.
Maar bedenk wel: wel leggen, maar niemand zeggen. Dat snap ik nu ook veel beter.
Fijn weekend.
Hans Janssen,